1
.
Inleiding
Aandachtspunten
- Installatie van de stroomtransformator, P1-kant richting de voeding.
- Bevestig de transformator met colsonbandjes.
- Sluit witte draad/S1 van de transformator aan op de positieve klem van de energiemeter.
- Sluit zwarte draad/S2 van de transformator aan op de negatieve klem van de energiemeter.
- Corrigeer bij een foutieve aansluiting d.m.v. energiemeterinstellingen.
- Aansluiting van de RJ12 kabel bij een driefasige transformator goed controleren, moet 2 keer klikken. Zie ook de sectie Aansluiting RJ12 kabel in hoofdstuk 3 van deze handleiding.
- Draai de kabels die doorheen de transformator lopen vast met kabelafstandshouders.
Types
Calculus biedt de volgende Eastron meters aan:
- SDM120MOD Energymeter 45A - 1F - ModBus - MID
- SDM230MOD Energymeter 100A - 1F - ModBus - MID
- SDM630MCT - Modbus - MID - V2 - 3F/100A
- SDM630MCT - ML - 1L - MID - 3F - ModBus - 1xRJ12CT
- SDM630MCT - ML - 2L - MID - 3F - ModBus - 2xRJ12CT
- SDM630MCT - ML - 4L - MID - 3F - ModBus - 4xRJ12CT
- SDM630MCT - MODBUS - MID - 3F - CT
- SDM630MCT-RC - ModBus - Rogowski Coil - MID
- Eastron SDM72D-M-2-MID Energymeter - 3F - ModBus - MID
Het type van de energiemeter wordt aangegeven boven het beeldscherm van de energiemeter.
Informatie omtrent de specificaties zoals bijvoorbeeld: 3x230/400V vindt u onder het beeldscherm (zie afbeelding boven).
Zie ook de handleidingen en datasheets in de bijlage.
2
.
Stroomtransformatoren
Stroomtransformatoren verlagen hoogspanningsstromen naar een veel lagere waarde, en bieden een veilige en handige manier om de werkelijke elektrische stroom die in een AC-transmissie vloeit te controleren. CT’s werken door de primaire stroom via een magnetisch medium om te zetten in secundaire stroom. Ze maken het voor energiemeters mogelijk om stroom te meten op circuits die, als ze de stroom rechtstreeks zouden meten, de meters zouden overbelasten. Over het algemeen kunnen de meeste meters tot maximaal 100 A stroom meten voordat ze CT’s nodig hebben om hogere waarden af te lezen.
CT's zijn er voor zowel enkelfasige of driefasige installaties.
Typen stroomtransformatoren
Vaste kern:
CT's met een vaste kern vormen een volledig gesloten kern. Om een CT met een stabiele kern te installeren, moet de geleider worden losgekoppeld om deze door de CT-kern te krijgen.
Split core:
Split core CT's hebben een "split" in de kern waardoor de CT's kunnen worden geopend en rond de geleider kunnen worden geplaatst zonder dat de geleider hoeft te worden losgekoppeld of de bedrading hoeft te worden onderbroken. Maak gewoon de spoel los, wikkel hem om de belasting die je meet en maak hem weer vast!
Split core's worden alleen gebruikt bij de 630 MCT - MOD - MID energiemeter.
Split core's gaan van de T24 / T36. Dit is de diameter van de opening, wanneer de split core vastgemaakt is, waar de stroomkabel doorheen gaat. Dus 24 mm of 36 mm.
Informatie omtrent het type en de specificaties kan je terugvinden op de CT zelf.
Stroomrichting in een stroomtransformator
De primaire stroom komt de stroomtransformator in aan de kant aangeduid met P1. De belasting moet aan de kant aangeduid met P2 geïnstalleerd worden.
Indien de primaire stroom op de P2 in komt (bij een foutieve aansluiting) dan is het mogelijk dat de stroom als geproduceerde stroom in de plaats van geconsumeerde stroom wordt weergegeven.
Je kan echter de instellingen aanpassen via de energiemeter zodat bijvoorbeeld de P2 als ingang van de primaire stroom wordt waargenomen.Hiervoor moet je in de instellingen van de energiemeter naar het "Set System Continued" menu gaan.
|
Gebruik
|
| Dit scherm wordt weergegeven, u kunt "Forward" (vooruit) in "Reverse" (omgekeerd) veranderen voor elke afzonderlijke CT-verbinding. |
|
Houd de knop
|
en
om de menuoptie te selecteren. Houd
ingedrukt om het submenu weer te geven.
ingedrukt om uw aanpassing te bevestigen. Je kunt dan verdergaan naar IB of IC met
3
.
Installatie van een stroomtransformator
Enkelfasig
1. Trek de stroomkabel door de stroomtransformator indien de transformator een vaste vorm heeft.
2. Indien deze van het split core type is, dan kan je deze op de stroomkabel klikken zonder dat deze ontkoppelt moet worden.
3. Gebruik colsonbandjes om de transformator degelijk vast te maken.
4. Om de ampèremeter correct te bedraden, sluit u de positieve spoel (witte draad/S1) van de CT aan op de positieve klem van de ampèremeter, en de negatieve klem van de CT op de negatieve klemmen (zwarte draad/S2) van de ampèremeter.
Let op dat de kabels juist zijn aangesloten!
Bij het verkeerd aansluiten is het mogelijkheid dat de stroom incorrect wordt gemeten, bijvoorbeeld wanneer u de zwarte draad aansluit op de positieve klem van de ampèremeter.
5. Neem ook het aansluiten van de N (neutraal) en de GND (ground / aarding) in acht.
Driefasig
Voorbeeld van een bedradingsdiagram van een gateway + energiemeter:
De energiemeter geeft stroom door aan de mean well HDR-15-24 voeding via de auxiliary supply poorten 5 en 6, poort 7 wordt met de L verbonden en poort 8 met de N.
Vervolgens wordt de gateway aangesloten op de voeding.
Voorbeeld van een bedradingsdiagram van de energiemeter SDM630MCT-ML:
Aansluiting RJ12 kabel
Let op bij het aansluiten van de RJ12 kabel dat deze goed vast zit!
1. Wanneer u de kabel er in duwt hoort u een eerste klik. De aansluiting ziet er dan als volgt uit
2. Hierna duw je de kabelaansluiting verder door en hoor je een tweede klik.
Let op dat de kabels juist zijn aangesloten!
Bij het verkeerd aansluiten is er de mogelijkheid dat de stroom incorrect wordt gemeten.
Bijvoorbeeld: de S1 van fase L1 aansluiten op de negatieve klem van de ampèremeter.
De kabels die door de CT lopen kunnen vastgedraaid worden met behulp van kabelafstandhouders. Deze zijn weergegeven in de onderstaande afbeelding.
Informatie over het instellen van de verschillende typen energiemeters kan je terugvinden in de rubriek Power & Energy monitoring.
Vragen of opmerkingen
Als er informatie in deze handleiding ontbreekt, onvolledig of onjuist is, aarzel dan niet om contact met ons op te nemen via dit artikel. We geven u graag meer uitleg.